Voorbij de fabels en de mythe. Ontwikkelingssamenwerking is een win-win.
Ongenuanceerd genuanceerd, zei ik onlangs in de Volkskrant. Want wat is er toch in hemelsnaam aan de hand dat een ooit weldenkende partij in een weldenkend land dit soort teksten heeft in haar verkiezingsprogramma?
Samen met oud-ambassadeur Kees Nederlof klom ik in de pen n.a.v. een instagrampost met een citaat uit het VVD-verkiezingsprogramma.
Zowel de inhoud als de toon doen het belang van ambassades en ontwikkelingssamenwerking gierend tekort. Sommige politieke partijen denken dat Ontwikkelingssamenwerking (OS) weggegooid geld is (corruptie, strijkstok), andere dat het vooral een “goede doelen beleid” is waar Nederland weinig tot niets aan heeft.
De realiteit is echt anders. Natuurlijk wordt een deel aan armoedebestrijding en noodhulp besteed (en wat is daar mis mee?), een belangrijk deel gaat naar beter onderwijs, voorkomen van epidemieën, opkomen voor gelijke rechten (vrouwen, LHBT), duurzame landbouw en waterbeheer, bevordering van de rechtsorde, voorkomen van vluchtelingenstromen en migratie en klimaatmaatregelen (waaronder biodiversity).
Dat is direct of indirect van groot belang voor Nederland en Europa. Epidemieën en klimaatinvloeden houden niet op bij de grenzen van Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse landen. Goed onderwijs maakt dat de volgende generaties voor zichzelf kunnen zorgen, en kunnen bijdragen aan de wereldeconomie.
Vluchtelingenstromen naar Europa worden veroorzaakt door geweld (oorlog, terrorisme) maar ook door armoede en corruptie. Bevordering van de rechtsorde en internationale oplossing van geschillen (Haagse Vredespaleis!) zijn van grote invloed op een veiliger wereld.
Daar is het Nederlandse en Europese bedrijfsleven uiteindelijk ook bij gebaat. En er zijn afspraken gemaakt met bepaalde landen om tegenover Nederlandse en EU-hulp de toezegging te krijgen om grenzen beter te bewaken (tegengaan van migratie) en uitgeprocedeerde landgenoten terug te nemen.
Het is van groot belang dat een Nederlandse ambassade toezicht houdt op de besteding van de fondsen die door de Nederlandse belastingbetaler wordt betaald. Ook als de gelden via private organisaties als Oxfam-Novib worden ingezet. De Nederlandse hulp is nog steeds substantieel, maar in de afgelopen jaren wel teruggebracht tot ca. 0,65 % van het BNP, ongeveer 4,5 miljard Euro. Daarvan wordt bovendien een deel (ca. 10 %) in Nederland achtergehouden voor opvang van asielzoekers, en een ander deel voor de (Nederlandse) ondersteuning, zoals ambassadepersoneel belast met toezicht.
We zullen ons moeten realiseren dat er landen zijn als China die, onder het mom van hulp, infrastructuur (havens, wegen, spoorlijnen) aanleggen en ontwikkelingslanden wurgcontracten (leningen tegen slechte voorwaarden) opleggen en op termijn de natuurlijke hulpbronnen opeisen. Bovendien geven die landen weinig om duurzame oplossingen, klimaatbeheer en rechtsbescherming van de lokale bevolking. China is bezig met een vorm van kolonisatie in een aantal Afrikaanse landen: er strijkt een Chinese kolonie neer die het werk aan infrastructuur uitvoert, weinig gebruik maakt van lokale arbeidskrachten, geen oog heeft voor rechtsstaat en democratie en grondstoffen op niet-duurzame wijze via die infrastructuur naar China uitvoert.
Ja, dat deden Europese landen tot in de jaren vijftig ook, en sommige doen het nog steeds. Maar waarom zouden we toelaten dat landen in de 21ste eeuw haast ongemerkt binnen de invloedssfeer van China terechtkomen, de grondstoffen worden gemonopoliseerd en ze voornamelijk Chinese producten importeren? Daar moeten we als Europa een duidelijk antwoord op formuleren.
Dat vereist een goed diplomatiek netwerk. Europa heeft een zelfstandige diplomatieke dienst (EDEO – Europese Dienst voor Extern Optreden), maar Nederland heeft ook eigen “ogen en oren” nodig. De Europese landen vullen elkaar aan, maar het gaat er ook om eigen belangen (handel, cultuur, Nederlandse gemeenschap) te verdedigen. Een ambassade vervult al die taken. In het ene land is zo’n ambassade meer gericht op het bevorderen van handel, in een ander is ontwikkelingssamenwerking een belangrijker aandachtsgebied.
Er is vrijwel geen ambassade die zich uitsluitend met één deelgebied bezighoudt. Die typische OS-ambassades waren er wel, en ze zijn allemaal gesloten. Bijvoorbeeld in het Afrikaanse continent zijn er op dit moment 21 staten waar Nederland niet met een ambassade is vertegenwoordigd. Vaak is er in die landen alleen een Nederlands consulaat, geleid door een lokale consul, en die kost de Nederlandse belastingbetaler maar een schijntje. Datzelfde geldt voor Zuid- en Midden-Amerika.
De ambassades die Nederland nu heeft zijn allemaal essentieel voor een breed palet aan taken. Nog sterker: de minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok (VVD) kondigde in 2019 aan van plan te zijn drie extra ambassades te openen, waarvan twee in Afrika. Tien jaar geleden zijn er vanwege bezuiniging vele ambassades gesloten, en het bedrijfsleven en de Nederlandse gemeenschap in die landen klaagden steen en been dat hun belangen niet meer goed werden behartigd. In de tussentijd is een deel weer heropend.
Dat sluiten en (her)openen van ambassades is pas echt een kostbare zaak, want die mooie en voordelige locaties voor een ambassadegebouw en de residentie voor de ambassadeur zijn na jaren van afwezigheid niet meer beschikbaar.
Op termijn zal er veel meer geïnvesteerd moeten worden in EU-ambassades. De EU neemt al een deel van de ontwikkelingssamenwerking voor haar rekening. Zo’n transitie waarbij alle taken gemeenschappelijk worden vervuld, gaat niet van vandaag op morgen. Er wordt al wel intensief samengewerkt tussen ambassades van de lidstaten: vaak in hetzelfde gebouw, met een gemengde staf. Dat spaart veel kosten en die samenwerking is bovendien goed voor het onderlinge vertrouwen.
Daarom, dit pleidooi, om niet alleen bij OS, maar alle zaken die nu worden afgeschilderd als slecht, kostenpost, verlies etc, met nuchterheid en feiten tegemoet te betreden. Ware OS is geen 'pinautomaat'. Dat is verder kijken dan je neus lang is, niet mee doen met populistische larie die oplossingen in de weg staan, en dan beseffen dat OS een win-win is. Laten we alsjeblieft deze intellectuele armoede stoppen en tegen holle vaten die het hardst klinken 17 maart zeggen dat wij dergelijke holle retoriek moe zijn. Wij zijn weldenkende en welvoelende mensen. Laten we dan een politiek wensen die zich daarvoor wil inzetten. Voorbij de onderbuik, een verbinding van hoofd en hart.
Nilüfer Gündoğan