Progressief Nederland snakt naar daden

Terwijl menig journalist zich naar aanleiding van de ineenstorting van het Baudet-imperium zorgen maakt om de vermeend ‘verweesde’ kiezer op rechts, ziet schijnbaar niemand de dolende, progressieve stem. Wie mensenrechten en de rechtsstaat als waarborg voor beschaving koestert, kan alleen maar met lede ogen toezien hoe zittend Den Haag beiden op de helling heeft gezet óf laten zetten.

9 dec. 2020

Even leek er in de persoon van Minister Sigrid Kaag, nu ook partijleider van D66, hoop op te doemen aan de progressieve horizon. Een oud topdiplomaat. Een leider die rechtsstaat, mensenrechten en broederschap zegt hoog in haar vaandel te dragen. Erudiet en beschaafd. Maar in pijnlijk rap tempo is het contrast tussen haar positionering enerzijds en haar daden anderzijds, bloot komen te liggen. Als Minister ontraadde ze vrij recent nog twee voorname moties. Voornaam in het licht van onze menselijkheid en voornaam tegen de achtergrond van de ‘belofte’ Kaag.

De (zoveelste) motie die vroeg om de opvang van vijfhonderd vluchtelingenkinderen, werd door de Minister afgewezen en in lijn daarmee stemde de D66-fractie dus ook tegen. Dan was er nog een motie die vroeg om bedrijven ‘dringend te wijzen op de Oeso-richtlijnen en Nederlandse kleding- en textielbedrijven aan te sporen om uit Xinjiang, en zo nodig China te vertrekken’, naar aanleiding van de onacceptabele, afschrikwekkende en mensonterende situatie waarin Oeigoeren, een moslimminderheid in China, onder dwang te werk worden gesteld voor de productie van katoen, waar ook onze kleren van worden gemaakt.

Het antwoord van de ‘nieuwe, progressieve leider’ van ons land? Dat laat ze liever aan het bedrijfsleven zelf. En, oh ja, ten aanzien van de situatie in het nieuwe kamp Moria, stamelde ze nog iets over hoe ruim het nieuwe kamp is opgezet. Blijkbaar is ruimte een compensatie voor te weinig wc’s, wassen in zee, slapen in de modder en vergiftigde grond.

Natuurlijk. GroenLinks, de PvdA en bijvoorbeeld de SP tweeten over hun teleurstelling naar aanleiding van verworpen moties. Maar heel luidruchtig zijn die partijen niet, over de volstrekte uitholling van basale humaniteit. Inmiddels is de tijdsgeest zo cynisch, dat oppositiepartijen proberen te voorkomen dat het over vluchtelingen en asiel gaat in verkiezingstijd, omdat het onderwerp in de publieke arena enkel nog dient als Stuk Rood Vlees voor rechtse partijen – hallo, VVD en CDA – die daarmee de kiezer proberen af te leiden van een ander verhaal. Namelijk de volstrekte puinbak die drie kabinetten Rutte achterlaten als het om onze publieke sector gaat. Een recordaantal daklozen. Een recordaantal laaggeletterden. Een zorg zó ‘efficiënt’ dat we zonder hulp van de Duitsers te weinig bedden hadden voor Corona-patiënten. Een mislukte decentralisatie, een mislukte participatie. Gemeentes met gillende geldtekorten. En ja, wat Volt betreft moeten deze verkiezingen daar zeker over gaan. Maar uit angst voor rechts het lot van vluchtelingen tegelijkertijd onbesproken laten, dat doen wij niet. Want juist uit dat politiek opportunisme, kon deze gruwelrealiteit in Europa de afgelopen tien jaar wortelschieten. Het is meer dan ooit noodzaak dat we onverschrokken luidruchtig zijn, over misstanden. Opdat de menselijkheid zich bewaakt weet en kwetsbaren niet meer tegen elkaar worden opgezet. Progressief Nederland snakt naar daden. Als nummer twee op de kieslijst van Volt is dat de opdracht die ik mee zal nemen de Kamer in.  

 

Nilüfer Gündoğan

Kandidaat Tweede Kamerlid