Een asielcrisiswet: een onnodig risico voor Nederland

De lange procedures, het gebrek aan opvangplekken en de druk op Ter Apel en haar inwoners. De wens van gemeenten, van de inwoners van Ter Apel en van asielzoekers zelf is duidelijk: we moeten de opvang van mensen beter regelen. Maar in plaats van echte oplossingen aan te dragen worden 'stoere' voorstellen gedaan die Nederland in een juridisch conflict met de EU storten. Zoals de zogenaamde ‘asielcrisiswet’ van minister Faber. Terwijl er wel haalbare alternatieven zijn!

13 sep. 2024
Een persoon die water inschenkt voor een kind

Hoe zijn we hier beland?

Volgens Faber is het aantal asielzoekers dat naar Nederland komt te hoog. Daarom wil de minister een asielcrisiswet invoeren. Echter, deze wet is in strijd met de Europese afspraken: een loze belofte. Wanneer de Nederlandse regering toch besluit door te zetten, kan de Europese Commissie ingrijpen en Nederland dwingen zich aan de regels te houden.

Wat zijn de gevolgen van een asielcrisiswet?

De risico’s van een asielcrisiswet zijn groot. Nederland dreigt in een juridisch conflict met de Europese Unie te belanden, wat kan leiden tot een langdurige rechtszaak bij het Europese Hof. Dit is niet alleen tijdrovend en kostbaar, maar vooral ook schadelijk voor de internationale positie van Nederland. Bovendien lost een asielcrisiswet de problemen rond de asielinstroom voor de lange termijn niet op. Het is eerder een manier om de verantwoordelijkheid voor de opvang af te schuiven, zonder oog te hebben voor de mensen die het betreft. 

Volt is tegen het invoeren van een asielcrisiswet in Nederland. In plaats daarvan moeten we kijken naar structurele oplossingen die zowel in Nederland als op Europees niveau uitvoerbaar zijn.

Wat is de oplossing?

Er zijn structurele oplossingen mogelijk, waarbij we oog hebben voor de toekomst. Naar binnen keren en asielzoekers aan de kant schuiven is geen optie, we hebben ze juist nodig! In allerlei werkvelden hebben we een tekort aan talenten. Dat zal in de toekomst zeker niet anders zijn. In de zorg voor handen aan het bed, bij de versnelling van de energietransitie voor de isolatie van huizen, noem maar op. Als we asielzoekers een plek in de samenleving geven, kunnen ze meedraaien in onze maatschappij. 

Daarnaast kan een Europese spreidingswet zorgen voor een betere verdeling binnen de Europese Unie. Nu vangen voornamelijk Zuid-Europese landen deze mensen op, omdat die grenzen hebben met de omliggende continenten. Met een Europese spreidingswet leggen we de verantwoordelijkheid niet bij een ander, maar dragen we die samen. Op deze manier creëren we overzicht, rust en meer ruimte om te focussen op goede inburgering.

Eenzelfde soort spreidingswet is inmiddels al ingevoerd in Nederland. De opvang van vluchtelingen is nu eerlijk verdeeld over alle gemeenten en voorkomt dat enkele gemeenten de grootste lasten dragen, terwijl andere gemeenten nauwelijks bijdragen. Hiermee worden de gemeenten die al veel doen, ontlast. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft al aangegeven dat zij de landelijke spreidingswet wil behouden. Uit onderzoek van de VNG blijkt zelfs dat 96% van de gemeenten de spreidingswet steunt. De spreidingswet van tafel vegen is een groot risico en onverantwoord. 

De asielcrisiswet lijkt daarom meer problemen te veroorzaken dan op te lossen. Nederland moet niet op ramkoers komen te liggen met de Europese Unie, maar juist kiezen voor werkbare, eerlijke en toekomstgerichte oplossingen. Dat is onze enige weg vooruit!

Marloes Kramer-Hammenga, Provinciaal Statenlid voor Volt in Drenthe

Marieke Koekkoek, Tweede Kamerlid voor Volt

Anna Strolenberg, Europarlementariër voor Volt