Bescherming van Oekraïners: een voorbeeld van Europese solidariteit
De toon is gezet: in de debatten over Oekraïense vluchtelingen staat centraal dat Nederland te aantrekkelijk is. Voor we het weten wordt de opvang van Oekrainers een vraagstuk dat niet alleen Nederland, maar heel Europa verdeelt. Als continent moeten we ons afvragen wat we waard zijn als we niet solidair kunnen zijn. Dan worden we een speelbal van Poetin, die er geen problemen mee heeft om vluchtelingen als wapen tegen ons te gebruiken.
De opvang van Oekraïense vluchtelingen in Europa verloopt goed in vergelijking met de opvang van andere asielzoekers in Europa. In plaats van ‘ieder land voor zich’ is het ‘ieder land vóór’. Ieder land vangt in de regel Oekrainers op. Het is Europees geregeld dat zij overal mogen werken en medische zorg, onderwijs en onderdak krijgen. In tijden van crisis laat Europa zich van haar beste kant zien, wanneer er geen tijd is voor lange discussies. Dan zijn heilige huisjes niet langer heilig en worden de beste oplossingen bedacht.
Bij de opvang van reguliere asielzoekers leidt het gebrek aan Europese solidariteit tot afschrikwekkend beleid. ‘Kom vooral niet hierheen’, schreeuwen de pushbacks op zee, maar ook de recentelijk geopende detentielocaties (PBL’s) in Nederland, waar ‘overlastgevers’ onrechtmatig en zonder gegronde reden geplaatst worden. Deze aanpak biedt een bedenkelijke vooruitblik op de opvang van Oekraïners na het aflopen van de Europese beschermingsrichtlijn in maart 2025. De ondertussen welbekende onaantrekkelijkheidsstrijd leidt tot slechtere omstandigheden voor vluchtelingen én verdeeldheid in Europa. Die verdeeldheid kan zeker nu niet de bedoeling zijn.
Want wanneer de strijd tussen Europese landen en de onderlinge frictie toeneemt, spint Poetin daar garen bij. Zijn medestanders en goede vrienden, Orbán en Fico, zullen Oekraïners de rug toekeren zodra zij daarvoor de kans krijgen. Zo worden vluchtelingen ingezet als politiek wapen om verdeeldheid en chaos te zaaien. Onze aandacht zou nu juist uit moeten gaan naar het steunen van een land dat zich met hand en tand ook voor ons verdedigt. Wij moeten ons daarom niet laten verleiden tot een discussie over welk land het beste Oekraïense vluchtelingen buiten de deur kan houden.
Mijn advies: kijk naar wat we als Europa wél voor elkaar hebben gekregen voor Oekraïense vluchtelingen. Het zou een voorbeeld moeten zijn voor hoe we opvang snel en goed op kunnen zetten. Onze open armen als warme dekens voor Oekraïners zorgden ervoor dat zij snel een plek vonden in onze samenleving. Door de mogelijkheid om te werken heeft meer dan de helft van hen in Nederland nu een baan. Ja, het is logisch dat werkende Oekraïners in Nederland een financiële bijdrage gaan leveren, maar laat dit ons succesverhaal niet overschaduwen. Europa krijgt veel gedaan, zolang we de neuzen dezelfde kant op hebben. Zolang we ons niet tegen elkaar uit laten spelen. Als dát de hoofdtoon is van het debat, kunnen we vooruit.