Treinen hebben de toekomst

In een wereld waarin het recht op onbeperkte consumptie haast realiteit lijkt te zijn geworden, delft onze leefomgeving het onderspit. De plicht tot bescherming van die leefomgeving vormt namelijk onvoldoende onderdeel van de manier waarop we consumeren (en produceren) op deze aarde.

27 aug. 2022

Maar terwijl de consument (terecht) al vaak wordt gewezen op diens morele plicht tot verantwoordelijke en minder consumptie, zien we diezelfde druk in mindere mate liggen bij de producenten van onze consumptiegoederen. Grote bedrijven die te vaak nog te lang doen over te weinig duurzame aanpassingen in hun productieketen.

Deze scheefgegroeide balans is oneerlijk, doet geen recht aan de huidige tijdsgeest (klimaatcrisis!) en moet dan ook gecorrigeerd worden. Liever gisteren dan vandaag moet de focus verlegd worden naar de groei van duurzame markten, terwijl we schadelijke markten beperken en in sommige gevallen verbieden. Schadelijke consumptiepatronen zullen zo gestaag afnemen en vervangen worden door duurzame consumptiepatronen.

Een van de no-brainer-voorbeelden hiervan betreft natuurlijk vliegen. Slecht voor het milieu, want enorm luchtvervuilend. En daarmee schadelijk voor de gezondheid van mens, dier en natuur. In Nederland is de luchtvaart verantwoordelijk voor 6% van de totale CO2-uitstoot, vormt geluidsoverlast (met name rond luchthavens) een terugkerend onderwerp van frustratie en stoten de verbrandingsmotoren bovendien stikstof uit. Idealiter zou deze schade meegenomen moeten worden in de prijs van een vliegticket.

Maar, je raadt het al: dat is niet geval. Als de markt de klimaatschade wel zou doorberekenen in de prijs van vliegtickets, zouden deze 63% duurder zijn dan op dit moment het geval is. Dat zou wel zo eerlijk zijn, met name wanneer je bedenkt dat zo'n acht procent van de Nederlanders gebruikmaakt van 40% van de vluchten, tegenover 42% die helemaal niet vliegt. Als de grootverbruiker zo veel milieuschade aanricht die alle andere mensen raakt, dan moet die daar ook eerlijk voor betalen. 

Toch zullen nog strengere maatregelen in de vliegmarkt nodig blijven, zelfs wanneer de schade aan klimaat en milieu in de vliegtickets doorberekend wordt. Want terwijl Schiphol onder het huidige beleid blijft groeien, moet het juist krimpen. Daarom pleit Volt voor het verbieden van korteafstandsvluchten. Ter illustratie: elke dertig(!) seconden stijgt er een vliegtuig op, nota bene een paar keer per dag naar plekken die net zo snel met de trein kunnen worden bereikt, zoals Brussel. Te gek voor woorden. Bovendien berekende het Nederlandse Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) in 2018 dat het makkelijk haalbaar is om voor 2030 zo’n 1,9 miljoen vliegreizen te vervangen door treinreizen. Tel daarbij op dat een vliegreis zeven tot elf keer zo vervuilend is als de trein en de grootste klimaatwinst in de luchtvaarsector te behalen valt met het verbieden van korteafstandsvluchten*, en dan kun je haast niet anders concluderen dat het in stand houden van deze markt pure politieke onwil is. Als de markt verantwoordelijkheid weigert te nemen, moet de overheid het maar doen.

Een Europese lidstaat die duidelijk verantwoordelijkheid neemt op dit gebied is Frankrijk. Korteafstandsvluchten worden daar verboden, wat betekent dat vluchten die ook binnen tweeënhalf uur met de trein te bereiken zijn verleden tijd zullen worden. In Oostenrijk wordt een soortgelijk verbod ingesteld. In Nederland schort het daarentegen nog aan harde acties rond het verbieden van korteafstandsvluchten. In het coalitieakkoord staat weliswaar de afspraak dat er belasting op kerosine geheven zal gaan worden en dat de vliegticketbelasting omhoog zal gaan, maar de houding die de Fransen en Oostenrijkers aannemen komt niet uit het Nederlandse akkoord naar voren.

Als we onze manier van reizen echt willen veranderen, moeten we beginnen met een Europees verbod op vliegreizen die vervangen kunnen worden door de trein, terwijl we meer investeren in het harmoniseren en uitbreiden van het spoor. De Europese unie wil in 2030 twee keer zoveel internationale hogesnelheidstreinen laten rijden en in 2050 drie keer zoveel. Gelukkig zien we het aanbod van internationale treinreizen toenemen, maar het aanbod is nog steeds minder dan de vraag, en de prijzen zijn hoog. Nu kan het spoor dus nog niet concurreren. Volt wil dat zo snel mogelijk veranderen! 

*= Door met de trein in plaats van met het vliegtuig naar de meeste Europese bestemmingen te reizen, besparen reizigers op deze routes 93% CO2-uitstoot. Het gaat in Nederland om 54 bestemmingen.