Gelderse Stikstofaanpak
Stikstof (ammoniak en NOx) is een terugkerend onderwerp in de Gelderse Staten. In Gelderland gaat het vooral over ammoniak. Ammoniak vervliegt uit dierlijke mest als de dunne fractie (urine) en de dikke fractie (poep) van de mest bij elkaar komen. En Gelderland heeft veel (voor vermesting) kwetsbare natuur, denk aan de Veluwe en ook aan Winterswijk. Een flink aantal Gelderse boeren heeft ingetekend op één van de stoppersregelingen, maar dat is niet genoeg. Gelderland heeft al eerder besloten om

De Provincie Gelderland zet nu in op twee sporen: bedrijven die dichtbij een kwetsbaar natuurgebied liggen moeten of stoppen of verplaatsen of fors extensiveren (dus veel minder dieren houden). Dat helpt ook weer een beetje, omdat veel van de stikstof vlak bij het bedrijf op de grond terecht komt. Maar wat echt gaat helpen is de achtergrondconcentratie van stikstof (stikstofdeken) in heel Nederland omlaag brengen.
Voor het omlaag brengen van die stikstofdeken wil Gelderland op de korte termijn inzetten op meer natuurinclusieve landbouw, die veel minder vee per hectare heeft. Ook wordt er ingezet op managementmaatregelen, zoals het voerspoor (niet te veel en niet te weinig eiwit voeren), en het zo snel en goed mogelijk scheiden van de dikke en de dunne fractie van de mest. Dat laatste gaat overigens het gemakkelijkst met weidegang. Dan gaat dat namelijk vanzelf.
Op de wat langere termijn wil Gelderland ook innovaties inzetten, die helpen de dikke en de dunne fractie van de mest nog beter te scheiden. Daarbij wil Gelderland 'de boer aan het roer' zetten. Echter, de boer aan het roer betekent dat goed bekend moet zijn wat een boerenbedrijf en een gebied uitstoot. De vraag is dus hoe borg je dat de boer doet wat hij zegt (of denkt) te doen. En dat is nog niet zo eenvoudig.
Meetmethoden
Dit als inleiding voor een bedrijfsbezoek dat ik samen met andere Statenleden bracht aan De Marke, een proefbedrijf van Wageningen University and Research (WUR), een webinar over de afrekenbare stoffenbalans en een bedrijfsbezoek aan het OnePlanet Research Center dat is opgezet door de provincie Gelderland, de WUR, de Radboud Universiteit, Radboudumc en nanotechnologiebedrijf IMEC.
Bij De Marke maakten we kennis met een heel scala aan innovaties (o.a. mest-opruim robots, afzuiginstallaties, koeientoiletten), die het heel goed doen onder ideale omstandigheden en zich deels nog moeten bewijzen onder praktijkomstandigheden. Maar wat interessanter was: het meten van de concentraties in de stal de stal met een laserapparaat. Dat is best een dure investering (ca. €14.000 en er is veel onderhoud nodig). Dit soort apparaten werkt alleen in stallen waar de dieren jaarrond staan opgestald. Het geeft de boer wel de mogelijkheid om te sturen op de uitstoot.
Naast innovatie in stallen worden ook innovatieve meetmethoden ontwikkeld. OnePlanet werkt aan fotonica op een chip die zowel in de stal als op het bedrijf als in het veld en zelfs het gebied kan meten. Deze technologie is schaalbaar, haalbaar en betaalbaar. En bijna uitontwikkeld. Wel moet deze technologie nog onder praktijkomstandigheden getest worden.
Het webinar over de afrekenbare stoffenbalans (een soort van MINAS) begon met dat Remkes van alweer een paar jaar geleden adviseerde dat de boer alleen aan het roer kan staan als er gestuurd kan worden op uitstoot. En dat kan alleen als je weet wat het bedrijf ingaat, wat er weer uitgaat, wat de lucht in gaat en wat in het grond- en oppervlaktewater terecht komt. Twee dingen nam ik mee: elke keer als de melk wordt opgehaald krijgt de boer de dag erna de uitslagen van het laboratorium. Daar staat ook het ureumgetal bij. Ureum in de melk is direct gerelateerd de hoeveelheid eiwit in het voer en ook met de hoeveelheid ammoniak in de urine. Zo kan de boer op het voer sturen. Dan kun je met 2 kpi's uit de voeten: het ureumgetal en stikstofbedrijfsoverschot. Dat helpt. Wat ook helpt is precisiebemesting buiten de stal ipv kalenderlandbouw, want het is niet de bedoeling dat het daar alsnog misgaat. Ook dat moet geborgd kunnen worden.
Zijn we er dan?
Wij denken het niet. Als we echt de stikstofdeken omlaag willen brengen heb je dit allemaal nodig, maar je hebt ook normen nodig, want dan kun je sturen. En die zijn er nog niet. Kleine bedrijven vrijstellen van een vergunning, zoals minister Wiersma voorstel, gaat niet helpen, want al die kleine uitstoters samen is ook een grote. Zoals er landelijk normen zijn vastgesteld die steeds in een bepaald jaar gehaald moeten zijn, zal dat ook voor elk bedrijf en elk gebied zo'n norm moeten komen. Daar wordt nog niet aan gewerkt. En al met al zullen we toch naar minder dieren toe moeten, niet alleen vanwege de stikstofuitstoot, maar ook voor de kwaliteit van drink- en oppervlaktewater en voor het klimaat. En als bovenstaande beter werkt, dan hoeven er minder dieren weg.
Elmar Theune