Er moet ruimte zijn voor psychosociale hulp in eigen taal
Volt wil ervoor zorgen dat alle vluchtelingen toegang krijgen tot laagdrempelige, cultuursensitieve psychologische hulp in eigen taal. Nu zijn er in de hele stad bijvoorbeeld slechts twee plekken met Oekraïens-sprekende professionals, en worden ongedocumenteerden en veel Oekraïners nog buitengesloten.
“Mentale ondersteuning in je moedertaal is geen luxe, het is eerste hulp,” - Juliet Broersen.
Vluchtelingen dragen trauma’s, verlies en onzekerheid met zich mee, maar in Amsterdam vinden zij nauwelijks hulp in hun eigen taal. Het Rijk verwijst naar de landelijke portalen Empatia en LOOP, maar daar blijkt het aanbod in de hoofdstad beperkt en vooral gericht op verslavingszorg. Bovendien lopen pilots voor “Psychosociale Hulp in Eigen Taal” alleen voor statushouders. Wij vinden dat onacceptabel.
Daarom dienden wij de motie ‘Maak ruimte voor psychosociale hulp in eigen taal’ in. Het college moet vóór het einde van het jaar inventariseren waar opvanglocaties ruimte tekortkomen, permanente behandelruimtes creëren en structurele financiering regelen met COA, zorgverzekeraars en het Rijk. Inspiratie komt uit het Duitse AZC Wickede-Wimbern, waar vaste ruimtes en lotgenoten-trainers tot sneller herstel leiden.
Volt staat voor een humane en efficiënte opvang. We willen een systeem dat uitgaat van vertrouwen, net zoals ons pleidooi voor een basisinkomen en radicale vereenvoudiging van armoederegelingen. Psychische hulp in eigen taal past daarin: het voorkomt zwaardere zorgtrajecten én geeft nieuwkomers het vertrouwen dat Amsterdam hen écht ziet.
Het college inventariseert deze zomer welke opvanglocaties nog geen geschikte behandelruimte hebben en brengt in kaart hoeveel meerjarige middelen nodig zijn. In oktober bespreken we een plan van aanpak met de betrokken organisaties, waaronder PSH in Eigen Taal en Work for Ukraine. Volt blijft volgen of alle doelgroepen daadwerkelijk geholpen worden en vraagt in de volgende voortgangsbrief expliciet om resultaten.